Ligging/klimaat/landschap

Noorwegen is een Koninkrijk in het noorden van Europa. Het is een langgerekt land, met een kustlijn van wel 25.000 km. De lengte van Noord naar zuid is wel 1800 km, terwijl de breedte op sommige plaatsen maar 80 km. De kustlijn loopt langs de Noordzee in het zuiden, via de Atlantische oceaan in het westen, helemaal door tot en met Barentszzee aan de noordzijde van het land. In het oosten grenst het vanaf het noorden naar beneden aan Rusland, Finland en Zweden. In het uiterste zuiden heeft Noorwegen een kust aan het Skagerrak, wanneer je dit oversteekt ligt daar Denemarken. Noorwegen heeft een oppervlakte van 385.155 km² en de hoofdstad is Oslo. Noorwegen is verdeeld in 19 provincies, in het Noors fylker genaamd, met elk een eigen hoofdstad.

Bij Noorwegen horen ook de eilandengroep Spitsbergen (650 km ten noorden van Noorwegen)en het vulkaaneiland Jan Mayen in het noorden van de Atlantische Oceaan. Op Peter I Eiland en de sector Queen Maud land op het Antarctische continent en Bouvet Eiland in de Zuidelijke IJszee heeft Noorwegen een territoriaal belang.

 

Klimaat en landschap

Noorwegen heeft verschillende klimaten, dat wordt beïnvloed door de ligging, en de lange smalle vorm van het land. Lindesnes ligt wel 13 graden zuidelijker als de Noordkaap, die ver over de poolcirkel ligt. In het hoge noorden is er dan ook een toendraklimaat en in de bergen een poolklimaat. In de winter kan het hier wel -40 grº worden. In de zomer kan de temperatuur oplopen tot boven de 30 grº, doordat de zon hier dan niet onder gaat. Het westen en zuiden van het land hebben een zeeklimaat, door de ligging aan de oceaan. Een warme golfstroom die langs de westkust voert, zorgt daar voor relatief warme winters, het vriest er bijna nooit, en koele zomers. In het zuiden, maar ook in het binnenland waar een landklimaat heerst, vriest het in de winter vaak wel 15 graden. In de zomer zijn de gemiddelde temperaturen van deze streken rond de 22 grº.

 

In Noorwegen valt op de meeste plaatsen niet veel meer regen dan in Nederland, een uitzondering daarvan zijn is de regio Sogn or Fjordane, waar het wat natter is, van daaruit meer landinwaarts, in de regio’s Oppland en Hedmark is het droger. Ook in de meest noordelijk gelegen regio’s Troms  en Finnmark is het niet zo nat.

 


Noorwegen heeft veel bergachtige gebieden, ruim de helft van het land ligt meer dan 500 meter boven de zeespiegel en de helft daarvan ligt zelfs boven de 1000 meter. In het zuiden van het land liggen de hoogste toppen, de Galdhøpiggen (2469 m) is de hoogste met daarop volgend de Glittertind (2464 m). De Glittertind was lang de hoogste berg met 2481 meter, maar hij is nu lager, door het smelten van de ijstop. 

 

De bergen worden afgewisseld door plateaus en valleien. In de valleien liggen meren en stromen vaak rivieren, meestal zijn er in de rivier veel stroomversnellingen en ook wel watervallen.

Langs de kust

 liggen wel 15.000 eilanden, waarvan er ± 2000 bewoond worden. Verder wordt de kust gekenmerkt door de fjorden, die soms wel kilometers landinwaarts gaan, de fjorden zijn ontstaan doordat gletsjers diepe kloven in het land maakten. De Sognefjord  met een lengte van 204 km, is het langste fjord en met 1330 meter diepte, ook het diepste van Noorwegen.

 

Er is geen grote verscheidenheid aan planten in Noorwegen, maar er zijn wel veel bossen. De bekendste bewoner van de Noorse dierenwereld is de eland, maar buiten deze rendieren vind je er bijv. ook nog de bruine beer, lynx en poolvos. Verder zijn er veel vogels en vissen en langs de kust kun je sommige walvis soorten vinden.

 

Maak jouw eigen website met JouwWeb